Sukothai, Songkhla, Trang, Ko Muk, Railay en Krabi

Dag ploppertjes allemaal,

Nadat jullie een week hebben moeten smachten naar een nieuw reisverslag zijn we er eindelijk weer in de kort en bondige stijl die jullie van ons gewend zijn.

In Chiang Rai hadden we een klein probleempje met uit bed komen waardoor we de bus naar Sukothai mistte. Dit betekende dat we een kleine omweg moeste maken via Chiang Mai en dus de hele dag in de bus hebben volbracht. Om tien uur kwamen we aan in Sukothai en hebben snel een bed opgezocht.
De volgende ochtend hebben we de bus naar de oude stad gepakt om daar tussen de ruïnes te kunnen fietsen. Voor Ruben was het weer eens een ander beeld dan al die moderne tempels, voor Ashley voornamelijk een stapel stenen.

Diezelfde avond stapte we nog in de nachtbus naar Bangkok. Om vijf uur 's ochtends stonden we op het busstation, van daaruit zijn we naar het treinstation gegaan en hebben zo Bangkok ook van zijn "rustige" kant kunnen bekijken. Op het treinstation kochten we kaartjes voor de nachttrein naar Hat Yai, ver in het zuiden van Thailand.

Met de trein vertrokken we rond 16.00. Voordat we schommelend in slaap konden vallen op ons iets te kleine bed namen we nog even een hapje in de restauratiewagen.

Met een vertraging zo groot dat zelfs de NS zich niet hoeft te schamen kwamen we twee uur later dan gepland aan in Hat Yai. Zonder een idee te hebben waar we heen wilden gaan werden we bestormd door taxichauffeurs met de vraag: "where you go?", dit waren dan ook de enige drie woorden Engels die ze kennen. Al snel hielp een Engelsman ons van deze stalkers af en adviseerde ons om naar Songkhla te gaan.

Songkhla is waarschijnlijk één van de weinige steden in Thailand die niet gewend is aan westerse toeristen waardoor we door menige kinderoogjes werden nagekeken. In dit kleine industriestadje hebben we heerlijk kunnen genieten van rustige stranden.

Na drie dagen vervolgden we onze reis naar Trang, een stadjes iets noordelijker en als uitvalbasis voor de Andamaneilanden. Nadat we ons avondmaal gevonden hadden op de lokale markt plande wij diezelfde avond onze tour naar een van deze eilanden, Ko Muk.

De volgende dag werden we bij ons hotel opgehaald en even later afgezet bij een bootje die ons naar Ko Muk bracht. En AuwMuk wat was het daar mooi. Met het idee om hier een paar dagen te blijven kwamen we tijdens het avondeten in gesprek met een ander Nederlands stel, tevens ook het enige andere stel in het resort. Toen we om zeven uur 's avonds aan een donker en uitgestorven strand zaten besloten we om de volgende dag met zijn vieren dit iets te onbewoonde eiland te verlaten.

Na een korte nacht in onze bamboohut aan zee vertrokken we richting Railay, een stadje omringd door diep blauw water en enorme kalksteenrotsen dat vooral bestaat uit resorts. Hier kwamen we heel wat dieren tegen: krabben op het strand, kreeftjes in hun schelp, honden in het restaurant en katten op tafel, apen aan de stroomlijnen, hagedissen achter het bed, een kakkerlak in de badkamer (maar ja, daar zijn we toch al aangewend) en een mierennest in een wandelschoen. Helaas verdrong de moesson ons al na één nacht uit dit vakantieparadijs en vertrokken wij richting Krabi waar iets meer te doen is dan alleen aan het strand liggen.

Dag ploppertjes allemaal, nu zijn jullie weer helemaal bijgepraat en gaan wij nu naar kabouterdromenland en jullie weten het plopperdeplopperdeplop.